Uitleg past perfect (voltooid verleden tijd)
Voorbeeld:
Het had gesneeuwd voordat we naar buiten gingen.
had gesneeuwd is de vorm van de voltooid verleden tijd.
Voorbeeld:
Ik wou dat ik beter had opgelet tijdens de les
had opgelet is de vorm van de voltooid verleden tijd
Voorbeeld:
Toen Merel en Jarno 25 jaar waren, hadden zij al 5 jaar gewerkt.
hadden gewerkt is de vorm van de voltooid verleden tijd.
Je gebruikt de past perfect om aan te geven dat er iets gebeurde in het verleden voordat er iets anders gebeurde.
oftewel twee gebeurtenissen in de verleden tijd
Example
After Tom had done the disches, he watched the television.
Voor de eerste gebeurtenis gebruik je de past perfect.
Hoe gebruik je de past perfect?
de vorm is had plus voltooid deelwoord.
Het maakt niet uit wat het onderwerp is je begint altijd met het hulpwerkwoord had
Je hebt regelmatige en onregelmatige voltooid deelwoorden.
regelmatige voltooid deelwoorden eidigen altijd op “ed”.
Walked
James had apologized for the trouble he caused.
1 James bood zijn excuses aan
2 James had problemen veroorzaakt
Het eerste wat er gebeurde was dat hij problemen had veroorzaakt en daarna boor hij zijn excuses aan. Zoals afgesproken gebruik je de vorm past perfect bij de eerste gebeurtenis dus he had caused
Caused is een regelmatig voltooid deelwoord en daarom “ed” er achter
Onregelmatig voltooid deelwoord.
Deze heeft zijn eigen vorm.
find wordt found
Lotte played tennis after she had done her home work
Twee gebeurtenissen.
De eerste: had done her homework
De tweede: Lotte played tennis
Je gebruikt dus de onregelmatig voltooid deelwoord met “have” in dit geval had done
Done is een onregelmatig voltooid deelwoord en komt va het werkwoord do