Mijn coach zegt.
Mijn coach zegt. Hij praat veel en helpt me goed. De G-spelers zijn een stuk verstandiger dan ik. Zij spelen niet voor spelers, zij zijn de spelers.
Ik speel de coach die wat van voetbal weet. Ik kijk naar de jongens en meiden zoals een serieuze coach moet kijken. Mijn mede-coaches lijken er toch echt veel meer van af te weten.
Toch voel je als coach dingen aan. Ik zie sommige spelers doelloos over het veld lopen. Maar is dat doelloos? Misschien hebben ze veel beter in de gaten hoe het spel zich gaat voltrekken.
Ik betwijfel dat, mijn spelinzicht is geweldig. Kort gezegd de enige die doelloos over het veld loopt is de coach.
Heel veel spelers op het veld. Gele hesjes, geen hesje onduidelijke hesjes.
Met snot in en uit mijn neus probeer ik 25 meter te sprinten. Nutteloos, de bal is al aan de andere kant.
Turbo is van de partij en scheurt het veld over als was hij de enige lid van het elftal. Vanuit zijn optiek redt hij het elftal. Nee, hij moet het elftal redden. Hij wil niet het verlies nemen. Hij snijdt en ploegt door het veld en scoort niet. hij schiet ver over het doel heen.
Ik roep hem bij me en vertel wat ik heb gezien.
- je leunt te ver achterover, dan gaat de bal te hoog
- je bent te druk bezig om in je eentje de wedstrijd te willen winnen, neem meer rust
Nou, wat dacht u van deze opmerkingen? Het behoort tot de categorie sukkels staan langs het veld. Ik realiseer me dat ik in het veld sta. Mijn vriendelijke vriend kijkt me meewarig aan en zegt. Dus ik moet minder achterover leunen?
Ik overwin mijn hernia gevoel en doe het voor. Hij kijkt me ietwat vreemd aan en vraagt nogmaals of hij wat meer voorover moet leunen.
Ja, doe dat maar zeg ik hem. Verkeerd dus. Hij buigt nu te ver naar voren. Hij schudt zijn hoofd en speelt gelukkig vrolijk verder.
Ik loop al achterover leunend over het veld. Empathische training? Nee, ik probeer het zelf maar eens uit en dan weet ik het.
Ik roep de speler bij me en stel hem het volgende voor.
Als je een schot op het doel wil doen, dan moet je naar het doel kijken en niet in de lucht.
Hebbes. Het lijkt te werken. Hij scoort tweemaal.
Na de wedstrijd komt hij naar me toe: “Dus ik moet niet teveel achterover leunen, coach?”.
Weet je, zeg ik tegen hem, doe wat jij beter kan dan de coach.
Ze noemen het voetbal.
Even los van dit verhaal.
Voor een deel zit er wel degelijk een kern van waarheid in.
Leer de spelers te kijken als ze schieten.
Vaak is hun inspanning zo hoog, dat ze hun ogen dichtknijpen en vergeten richting aan de bal te geven.
Tijdens training kijk ik vaak hoe de spelers lopen, schieten op het doel, overspelen en scoren.
Niet alleen maar om ze te corrigeren, maar om hun beweging te snappen. Als je het snapt kun je er misschien wat aan doen of kun je het beter zo laten.
Echt bijzondere sporters.
Mijn coach zegt dat hij het ook niet weet, dat is al meer dan genoeg. Meer moet hij niet zeggen.