G-voetbal in de winter
G-voetbal in de winter. Is dat speciaal? Is dat anders?
Speciaal in de zin van bijzonder. De jongens en meiden ervaren de koude in combinatie met hun energie. Is het anders? Anders dan bijvoorbeeld trainen in de zomer? Ja, zeker, maar absoluut niet anders dan bij een regulier elftal.
Na de winterstop lijkt beginnen met coachen/trainen een brug te ver. Zodra het weer nat en koud wordt vallen verschillende spelers af. Ik als trainer wil eigenlijk ook gewoon lekker thuis blijven. Lekker warm. Vreemd? Nee, niet vreemd. De drempel om buiten te gaan trainen is in de winter veel groter en voor sommigen een brug te ver.
In de winter gooi ik het tempo wat hoger om de interne kachel wat verder op te stoken. Ik voorkom veel stiltes en praat veel. Ik praat veel om mezelf aan de gang te houden en ik hoop dat het praten ook helpt om de spelers aan de gang te houden. Eigenlijk vecht ik tegen mijn aversie voor de winter.
Het is opmerkelijk wat voor zeurpiet ik ben. Ik zie enthousiaste spelers op de training komen. Hun lichaam vol energie die hun omhult als een warme deken. Een soort van warme cocon.
Zonder één probleem volgen ze de training en geven mij voldoende energie om er weer tegenaan te gaan. Ik kijk naar de ouders die wel zijn gekomen en zijn gebleven. Ik hoop dat ze net als ik zien hoe de gemeenschappelijkheid en de inzet motiverend werkt. Wordt wakker!!!
In de koude, in de regen staan de ouders te vloeken en te tieren. Geef ze eens ongelijk. Een bijzonder “kind” een bijzondere speler. Kan alleen maar met bijzondere ouders. Zo bijzonder dat het bijna gewoon lijkt. Ze overwinnen koude, ze overwinnen nattigheid. Sommigen staan dicht bij elkaar in de hoop dat de warmte in de groep blijft.
Ondertussen doen de spelers hun oefeningen en gaan ze als speren over het veld.
Pauze, even bijkomen.
Niemand die klaagt over de koude.
Behalve ik. Elke ouder spreek ik aan.
Koud hè?
G-voetbal in de winter.